Ecoscans


Afgelopen zomer zijn voor de derde maal ecoscans uitgevoerd. De resultaten hiervan zijn inmiddels binnen en staan online. En het zijn mooie resultaten.  Slechts 31% van de watergangen scoorde laag, in tegenstelling tot 47% in 2018. Verder vallen maar liefst 7% van de locaties in de categorie natuurlijk. Dit is heel goed nieuws.

Afb Ecoscans WK 2021

Maar is deze goede score wel toekomstbestendig of zal de score bij een zomer zoals die van 2018 weer verslechteren?

Tauw heeft stagiair Mathijs van Leeuwen gevraagd om de een verdiepende analyse uit te voeren op de resultaten van 2015, 2018 en 2021.  Hierbij heeft Mathijs gekeken naar exoten verspreiding in relatie tot het weer, kroosbedekking en de effecten van inrichtingsmaatregelen. Hieronder worden zijn conclusies kort samengevat. Mensen die het hele verslag willen inzien kunnen deze opvragen bij Sita (sita.vulto@hdsr.nl)

Exoten

Uit de analyse blijkt dat in 2015 en 2018 op evenveel locaties exoten zijn aangetroffen, maar in 2021 is het aantal locaties met exoten meer dan verdrievoudigd (!). Ongelijkbladig vederkruid heeft hier het grootste aandeel in.

Afb Ecoscans Ongelijkbladig vederkruid
Oorzaak van de toename in 2021 kan de relatief warme winters van 2019/2020 en 2020/2021 zijn. We hebben in 2021 weliswaar een vorstperiode gehad maar dit was een hele korte periode waardoor gemiddeld de winter nog altijd relatief warm was.

Kroos

Uit de drie meetjaren blijkt dat in 2015 en 2018 de gemiddelde kroosbedekking over het gebied ongeveer gelijk was met 0-10 %. Hier zaten natuurlijk wel grote uitschieters bij. In 2021 echter was de gemiddelde kroosbedekking afgenomen tot 0-5 %. Uit de literatuur blijkt dat kroos erg gevoelig is voor de wintertemperatuur. Hoe warmer de winter, hoe eerder de kroos opkomt. Dit kan de lage kroosbedekkingen in 2021 dus niet verklaren.  Mogelijk ligt de oorzaak toch in het relatief koude voorjaar en de natte zomer.

Inrichting

Zoals verwacht scoren aarden oevers beter dan beschoeide oevers en flauwe taluds beter dan steile taluds. Dit effect zie je met name in de klassen laag en zichtbaar en de categorie oeverdiversiteit. De verschillen tussen zichtbaar en levendig en zichtbaar en natuurlijk lijken minder duidelijk te linken aan de oevers en het type beschoeiing. Aangezien het gebrek aan waterplanten in heel het gebied een knelpunt vormt gaat HDSR zich over dit onderwerp buigen om te kijken hoe we dit kunnen stimuleren.


Meer lezen over de ecoscans?

Met deze Ecoscanmethode is het mogelijk om de ecologische kwaliteit van het stadswater en bovendien de belevingswaarde te meten. Om een goed beeld te hebben van de kwaliteit van ons stedelijk gebied, gebeurt het meten eens in de drie jaar.